Wat is een wig?
Veel mensen hebben wel eens een wig gebruikt, ook al noemen ze het misschien niet zo. Denk eens aan zo’n houten blok die wordt gebruikt als deurstopper. Of een stukje hout onder een wiebelende tafel of iets wat je tussen twee dingen klemt om het op zijn plek te houden. Wiggen zie je overal: in huis, in de bouw, bij het stellen van technische constructies. Ze zijn handig, simpel én veelzijdig.
Wat is een spie?
Een spie is minder bekend, terwijl het eigenlijk ook gewoon een soort wig is. Het verschil? Een spie heeft een rechte hoek, dus één kant is recht en de andere loopt schuin af. Hierdoor kun je hem stevig inslaan in een nauwe opening. Spieën worden vaak gebruikt om machines te stellen, constructieonderdelen te fixeren, of bijvoorbeeld prefab onderdelen haaks vast te zetten. Ze zijn ontworpen om goed te blijven zitten — zonder terug te schuiven.
Toch kennen minder mensen de spie. Dat komt omdat spieën vaak gebruikt worden in specialistische toepassingen, zoals in staalbouw, montage en zware constructies. En omdat het woord “spie” ook gebruikt wordt voor andere dingen (zoals de tandspie op een as), raken mensen snel in de war.
Kort gezegd: een wig zie je overal — een spie herken je pas als je weet waar je op moet letten.
De voordelen van een stalen spie:
- Zeer stevige fixatie: Door de haakse vorm blijft een spie goed zitten zodra hij is ingeslagen — hij werkt zichzelf als het ware vast.
- Betrouwbaar bij hoge belasting: Spieën zijn ideaal in toepassingen waar stevige, permanente of half-permanente fixatie nodig is, zoals bij stalen kolommen, balken of machine-onderdelen.
- Voorkomt verschuiving: Omdat één kant recht is, schuift een spie minder snel terug. Dit maakt hem betrouwbaarder bij trillingen of zware belasting. Een wig kan onder druk wegschieten.
- Geschikt voor nauwe voegen: Door de haakse hoek kun je een spie strak tussen twee vlakken inslaan, zonder dat die meebuigt of loskomt.
- Compact en krachtig: Met weinig materiaal wordt toch veel kracht overgebracht — de spie zet zich muurvast in een relatief kleine ruimte.
Voorbeeld:
Stel je slaat met ongeveer 5 kg kracht op een spie met een hellingshoek van 5°, dan zet die spie zich vast met een kracht van ongeveer 560 N (zo’n 57 kg aan drukkracht omhoog).
Dat is ruim 11 keer zoveel kracht als waarmee je sloeg — puur dankzij de vorm van de spie.